iemand uit het wiel rijden 1.0
(sport en recreatie; fietssport)
iemand door sneller te fietsen achter zich laten; iemand losrijden
Algemene voorbeelden
Tot mijn verbazing won ik er de zwaarste rit op de Kassel, waar ik iedereen moeiteloos uit het wiel reed.
Herijgers kon Peter Willemsens pas met de aankomst in zicht uit het wiel rijden.
Tot zijn eigen verbazing rijdt hij met zijn grotere verzet alle concurrenten uit het wiel en soleert naar de overwinning.
Op het eind van de veertiende ronde reed Lance Armstrong met een doorgedreven inspanning zijn vluchtgezellen uit het wiel.
Ik rij hem losweg uit de wielen en geef Nicole een paar klopjes op de knie.
iemand uit het wiel rijden 2.0
iemand niet meer laten meetellen; iemand uitsluiten; iemand aan de kant zetten
Algemene voorbeelden
Die werkzoekenden zijn uit de wielen gereden op onze vrije markt en worden aan de kant geparkeerd.